In de Hoge Berg op Texel lag vroeger een grote zwerfkei. Een stuk bruinrode gevaarte stak boven de grond uit. De kei werd Engelse Steen genoemd, omdat de afmetingen onder de grond enorm moesten zijn. Men geloofde dat de kei zo groot was dat hij Texel, onder de Noordzee door, verbond met Engeland. Vandaar dus de naam Engelse Steen. Later is de steen bij een zware storm losgeslagen en raakte het eiland los van Engelse bodem.
Andere naam?
Irene Maas duikt veel in de oude archieven en ontdekte in de gemeentenotulen dat de steen vroeger niet de naam Engelse Steen droeg, maar Engelsteen.
20-6-1873 Boschje Engelsteen. Het raadslid den heer K. Bakker maakt den Heer Voorzitter opmerkzaam op den slechten toestand waarin het zoogenaamde Dovehof [schrijffout van gemeentesecretaris Stikkel] verkeert, en vraagt of daarin niet eenige verbetering kon worden gebracht.
Voorzitter… ‘berigt het hoogst moeijelijke om het Doolhof in order te houden, doch verzekert tevens dat door hem daarin zal worden voorzien’.
Wieringen
Engelsteen dus; eigenlijk net zo’n opmerkelijke naam als Engelse Steen. Wie weet dat we ooit nog het verhaal achter de engel zullen achterhalen.
Even verderop, op Wieringen, vertelt men een soortgelijk verhaal over een andere kei.
(Bronnen: ‘Moete ze d’r uur burgemeester?’ van Femmy Witte en Theo Timmer en Irene Maas.
(Afbeelding: Gemeente Atlas van Nederland, J. Kuyper)