Op een akker in Heiloo trof een boerenknecht eens een Mariabeeld aan. Hij vond het een mooi ding en besloot het thuis een plek te geven. Maar op de één of andere manier keerde het beeld weer terug naar de vindplaats.
Heldere stem
Tegelijkertijd verkeerde in de zee verderop een schipper in nood. Hij stond doodsangsten uit in de storm die zijn vaartuig over de golven liet zwalken. De schipper bad tot God en hoorde in het bulderen van de wind plots een heldere vrouwenstem: ‘Als ge mij gaat eren zal de wind gaan keren.’ De schipper concludeerde dat dit de stem van Maria was en beloofde haar te zullen eren. De man kwam veilig aan land en wilde, zoals beloofd, een Mariakapel bouwen. Hij hoorde het verhaal van de boerenknecht en meende dat de terugkeer van het beeld naar de vindplaats een teken van God was. Hier moest hij de kapel bouwen.
Spanjaarden
Vanaf dat moment nam de Mariaverering in Heiloo een flinke vlucht. Veel mensen zochten troost op deze plek. In oude geschriften wordt in 1409 al gesproken van ‘Onze Lieve Vrouwe capelle in de banne van Heiligeloo’. In 1573 werd de kapel met de grond gelijk gemaakt, net als de Egmondse abdij. Alkmaar was net bevrijd van de Spanjaarden en alles wat deed denken aan deze katholieke kwelgeesten werd vernietigd, ook om te voorkomen dat de Spanjaarden de gebouwen als schuilplaats zouden gebruiken.
Heimelijke verering
Ondanks dat er slechts een ruïne restte bleven veel katholieken trouw naar Heiloo komen. Zeker nadat het gerucht rondging dat Maria tussen de bouwvallen van de kapel was verschenen. De overheid achtte de verering ongewenst en liet in 1637 de laatste resten van de kapel weghalen en dempte daarmee de naastgelegen Runxput. Zelfs dit kon niet voorkomen dat kleine groepen pelgrims afreisden naar het verboden bedevaartsoord.
Veepest
In 1713 waren de inwoners van Heiloo de wanhoop nabij. De veepest heerste en het ene na het andere dier legde het loodje. Op 8 december trokken de katholieke boeren gezamenlijk naar de plek waar ooit de kapel en de put hadden gestaan om daar tot Maria te bidden in de hoop dat zij het tij kon keren.
Mirakel!
Terwijl de boeren verdiept waren in hun gebed, welde achter hen water op uit de gedempte Runxput. Het gat werd snel vrijgemaakt en de boeren namen het water mee om aan hun dieren te geven. Volgens velen overleefden alle dieren die ervan dronken de pest. Dit wonder trok opnieuw veel gelovigen aan; uit het hele land stroomden ze massaal toe. De nacht van 8 op 9 december 1713 is het moment dat de Runxput een officiele Mariabron werd.
Of toch niet?
Niet iedereen geloofde overigens in het wonder. In de Europische Mercurius, een soort nieuwsboek, werd geschreven over de paar huizen die bij het voormalig bedevaartsoord stonden en als herberg dienden: ‘De bewoners dezer huizen, des nagts in ’t donker die nieuwe waterfontein, springende met verscheidene stralen hoog uit de aarde, gevonden hebbende, verbreiden zulks als een mirakel, met bijvoeging dat dit water Heylig en een zeer voortreffelijk geneesmiddel tegen de thans besmettelijke ziekten der koeyen was; ja, een der waarden hield dat zodanig met stijve kaken staande, dat zijne vertellingen bij de eenvoudige Roomsgezinden gelooft en overal verspreidt wierden.’
De Staten van Holland lieten de put 1768 opnieuw dempen. De herbergiers in de omgeving werd bevolen geen bedevaartgangers meer te huisvesten, op straffe van zes weken sluiting van de herberg. De Mariadevotie sluimerde nog wat jaren door, tot die in 1833 definitief een halt werd toegeroepen.
Onze Lieve Vrouwe ter Nood
Gerrit van den Bosch, een katholieke margarinefabrikant, liet aan het begin van de 20e eeuw zoeken naar de resten van het oude heiligdom. In 1905 werden de vermoedelijke fundamenten van de kapel en de put ontdekt. Nog datzelfde jaar werd vanuit Amsterdam weer een bedevaart gehouden. Het terrein werd in de loop der jaren uitgebreid met onder meer een kapel en de put met het heilzame water kreeg een pomp. Tegenwoordig is Onze Lieve Vrouwe ter Nood nog steeds een drukbezocht bedevaartsoord.
Bronnen: ‘De Speelwagen (‘Populair maandblad gewijd aan de historische schoonheid, folklore en geschiedenis in Hollands Noorderkwartier’), Databank Bedevaart en Bedevaartsplaatsen in Nederland van het Meertens Instituut, www.olvternood.nl, Hollandsch Sagenboek van J. Sinninghe.