Niets doet nog vermoeden dat op de plek van hotel Het Rechthuis aan den Amstel in Uithoorn ooit de grote burcht van heer Gijsbrecht stond. Tegenover de burcht stond het kasteel van zijn vijand Jan van Thamen. Deze ridder Jan had zijn oog laten vallen op Gijsbrechts mooie dochter Rosalinde. Maar zijn geliefde ontmoeten was een lastige opgave gezien de gespannen relatie met haar vader.
Hongerdood
Jan had ooit gehoord van een geheime onderaardse gang tussen beide kastelen, die al jaren geleden afgesloten was. Gedreven door zijn liefde voor Rosalinde hakte hij het metselwerk weer open en kon zo ongezien bij haar komen. Misschien werd Jan wat overmoedig en onvoorzichtig, maar op een avond werd hij betrapt door een ziedende Gijsbrecht. Jan schrok zich een ongeluk en rende gauw weg richting onderaardse gang waarna hij zichzelf in veiligheid bracht. De toorn van Gijsbrecht was echter zo groot dat hij zijn dochter meesleurde naar één van de kelders van het kasteel, haar aan een ijzeren ring vastketende en de hongerdood liet sterven…
Huilende Rosalinde
Op het Jaagpad tussen Vrouwenakker en Uithoorn gebeurde het nadien vaak dat de paarden voor de wagens plots hevig schrokken en verstijfd bleven staan. Dan zweefde daar het spook Rosalinde voorbij. Ook uit de diepte van de kasteelkelders en later het Rechthuis klonken regelmatig klaaglijke geluiden. Dan wist men, Rosalinde huilt om haar verloren liefde.
(Uit: ‘Spokerijen in Amsterdam en Amstelland’ van J.R.W. Sinninghe)