Dat er ooit een zeemeermin in Muiden is geweest moge duidelijk zijn. Er staat er nota bene één in het wapen! Verschillende verhalen doen over haar de ronde. De mooiste variant is die van Henk de Weerd zoals hij die opschreef in ‘Gooise Legenden’.
Op de bodem van de zee staat het paleis van de goden Aegir en Ran. Ze hebben veel zeemeerminkinderen. Op een dag gaat één van de dochters uit zwemmen en ontdekt na een tijd dat ze is verdwaald. Ze steekt haar hoofd boven water en blijkt in de haven van Muiden te zijn beland. Gauw duikt ze weer onder om naar huis te gaan, maar raakt verstrikt in het net van twee vissers.
Volk en geld
Wow, zoiets hebben de vissers nog nooit gezien! Ze nemen de zeemeermin mee en laten haar aan de Muidenaren zien. Men besluit het wezen gevangen te houden omdat er vast veel volk op afkomt en veel volk betekent veel geld.
Een ongeruste Aegir en Ran sturen intussen een bode om hun dochter te zoeken. Hij ziet wat zich afspeelt in Muiden en waarschuwt de zeegoden. Die reageren natuurlijk ziedend! Aegir en Ran teisteren het stadje met een verschrikkelijke storm en onophoudelijk beuken water en wind op de huizen van Muiden. Het gaat maar door en door, tot één van de Muidenaren bedenkt dat de storm wel iets met zeemeermin te maken kan hebben.
Muden sal Muden blijven
Het zeeprinsesje wordt vrijgelaten, waarna de wind direct gaat liggen. Eén keer nog komt de meermin boven water en zingt een lied:
‘Muden sal Muden blieven, Muden sal noit becliven. Een grooter wasdom blift alleen An Y en Amstelstadt verpand.’
Ze keert terug naar haar ouders en laat zich nooit meer in Muiden zien.
Of het lied nu een vloek is of een zegen, gelijk had de zeemeermin wel. Amsterdam groeide en groeide en Muiden is tot op heden ‘gewoon’ Muiden gebleven.
Bron: Gooise Legenden van Henk de Weerd. Afbeelding Wikimedia Commons: Picture of “A Mermaid” by John William Waterhouse
Jos meerman says
Mooi verhaal