Het is erg lang geleden dat in Enkhuizen een kapitein woonde die het altijd voor de wind ging. Hij maakte verre, gevaarlijke reizen, maar keerde altijd heelhuids én met een dikke lading terug.
Zo veel voorspoed krijg je natuurlijk niet vanzelf. Neeee, de kapitein had een contract met de Duivel. Zolang hij hem trouw bleef en niet in God ging geloven zou hij overladen worden met rijkdom. De hebberige zeevaarder vond het allemaal wel prima in zijn prachtige huis dat uitpuilde van het geld.
Op een dag werd hij verliefd op een vrouw die een hart en ziel had zo zuiver als dat van een kind. Steeds als de twee elkaar kusten kwam de zeeman dichter tot God en uiteindelijk was hij een compleet ander mens. Bij een priester biechtte hij alles op en beloofde het Duivelscontract te verbreken.
Op een avond voer hij met zijn schip terug naar Enkhuizen. De volgende dag zou hij dan eindelijk trouwen met zijn geliefde. Hij droomde een beetje over al dat moois in het vooruitzicht, toen het schip opeens hevig heen en weer stuiterde op de golven. Toen hij aan dek wilde gaan om poolshoogte te nemen, stond daar plots de Duivel voor hem. De Boze snauwde de kapitein met vlammende ogen toe dat hij moest zitten en wilde alles weten over de belofte die hij de priester had gedaan. De verschrikte zeeman kreeg te horen dat hij direct moest sterven.
Hij vertelde de Duivel er vrede mee te hebben, maar vroeg hem om kort uitstel. Het wezen tegenover hem lachte hard: daar deed hij natuurlijk niet aan. Maar de kapitein benadrukte dat het echt héél kort zou zijn. Hij pakte een stompje kaars, stak het aan en beloofde dat als de kaars helemaal op was hij klaar was om te sterven.
Nou ja, daar kon de Duivel mee leven en met zijn bloed tekende hij een contract waarin de deal stond vastgelegd. De slimme kapitein pakte het stompje kaars, slikte het in en nam het contract. WOEST was de Duivel, dat snap je wel. Het stompje zou niet opbranden en het perkament was getekend. Gehuld in zwaveldampen en vloekend en tierend trapte hij een gat in het schip en sprong zo de zee in.
De zeeman repareerde de boel en wist veilig de haven van Enkhuizen te bereiken. De volgende dag liep iedereen uit voor een prachtige trouwerij. De kapitein en zijn geliefde hadden een gelukkig leven, alleen met de overvloedige rijkdom was het gedaan…
(Uit ‘Sagen en legenden rond de Zuiderzee’ van S. Franke)